afb. A.C. Verhees, 19 mei 1923
Tegenwoordig is het vrij normaal als een muziekgezelschap een optreden in het buitenland verzorgt. Er zijn zelfs carnavalsclubs die ieder jaar als gewaardeerde gasten feesten in het buitenland opluisteren. en vijfdaagse reis, met diverse concerten, is echter ook nu nog een uitzondering. Toch is dat wat het Koninklijk 's-Hertogenbosch Mannenkoor in 1923 deed ter gelegenheid van haar 20-jarig bestaan. Op zaterdag 19 mei 1923, daags voor Pinksteren, vertrok het gezelschap voor een aantal concerten in Berlijn en Potsdam en keerde op 23 mei terug. Voor het zover was moesten de financiën geregeld worden. De opbrengsten van de concerten zouden immers niet ten goede komen aan het koor, maar waren voor een liefdadig doel bestemd: het Duitse Rode Kruis. In de kas was nog wat geld en de deelnemers moesten vijftien gulden betalen.
Bovendien werd er in 's-Hertogenbosch op 17 mei nog een concert in het Luxor Theater gegeven, eveneens ten behoeve van de Berlijnse reis. Echter, de leden zouden ook zakgeld bij zich moeten hebben. Nu schommelden de wisselkoersen van de Duitse marken in die tijd enorm. De inflatie was groot. Dus was het zaak de marken zo dicht mogelijk tegen het vertrek aan aan te schaffen. De speciale reiscommissie betaalde tussen de 57½ en 63 cent voor 10.000 mark.
Het grote verschil in waarde tussen guldens en marken speelde diverse Bosschenaren in Berlijn parten. Het kwam voor dat iemand meende dat hij van een 20-marken-briefje er minstens 8.000 terug moesten krijgen; een ander gaf een 100.000-biljet uit voor 5.000 mark. Er was zelfs iemand die telkens als hij moest betalen een ander zijn portefeuille gaf met het verzoek het voor hem maar uit te zoeken, onverschillig of die ander een koorlid was of een Duitser. Hopelijk heeft hij alleen maar eerlijke mensen getroffen.
De treinreis verliep bijzonder gemoedelijk. Behalve thee en koffie hadden de zangers ook drank meegenomen. Iemand had als rechtgeaard Nederlander zelfs aardappelen meegesjouwd!
Het programma in Berlijn was overvol. Men begon met een mis in de St.-Clemenskirche, waarbij ook de niet-katholieke koorleden aanwezig waren. Behalve concerten, stonden er oon diverse rondleidingen en ontvangsten op het programma, zoals een officiële ontvangst met toespraken in het Rijksdaggebouw op dinsdag.
Het moest op een gegeven moment wel fout lopen. Losgelaten in het warenhuis Wertheim, waren de heren zo druk bezig aankopen te doen voor de achtergeblevenen thuis, dat ze de tijd vergaten. Op de geplande afspraak in het Furstenhof (het hotel waar het gezelschap verbleef), was de burgemeester van Den Bosch, mr. F.J. van Lanschot, die de reis ook meemaakte, de enige aanwezige. Hij was ook de enige die stipt om half elf bij het Schloszmuseum aanklopte voor de geplande bezichtiging. Wat zullen de twee directeuren en de twee regeringsvertegenwoordigers die voor de officiële ontvangst aanwezig waren, vreemd opgekeken hebben toen in plaats van de 234 verwachte gasten, er slechts één voor de rondleiding aanmeldde.
Gezongen werd er ook, en hoe. Niet alleen tijdens de concerten, maar ook bij de diverse ontvangsten verhief het Koninklijk 's-Hertogenbosch Mannenkoor zijn stem. Op eerste pinksterdag gaf het koor in de grote zaal van de Philharmonie een groot concert ten bate van het Duitse Rode Kruis. Op tweede pinksterdag wed in Potsdam, na een wandeling door de tuinen van Sans Souci, een concert gegeven bij de Orangerie dat door duizenden werd bijgewoond.
De terugreis verliep na deze drukke dagen veel rustiger, de koorleden waren moe en slaperig. De grens werd zonder incidenten gepasseerd, ondanks het feit dat er in Berlijn aangekochte muziek werd meegesmokkeld. Om één uur 's woensdagsmiddags arriveerde het koor weer in Den Bosch, waar het ontvangen werd door een ander muziekgezelschap met het predicaat koninklijke: het Koninklijk Muziekcorps van Goulmy en Baar. Want ook in de jaren twintiger was Den Bosch een stad vol muziek.
|
1987 |
Henny MolhuysenVerhalen en legenden : Eén bezoeker: de burgemeester
Brabants Dagblad, donderdag 8 oktober 1987
|
|
2007 |
Het koor naar de toekomst brengen'Ons initiatief om een koorscholing op te starten bij de Muzerije bracht een ongekend aantal aanmeldingen van mensen van bestaande koren. We hebben kennelijk iets aangeboord waar zangers behoefte aan hebben. De koorcultuur is rijk aan 't worden in de stad. Misschien kan Den Bosch in de toekomst koorstad worden.'
Jetta de Ruiter | Bossche Omroep, zondag 11 februari 2007 | 43
|
|
2011 |
Astrid BerkhoutKoninklijk 's-Hertogenbosch Mannenkoor blijft 'koninklijk'
Bossche Omroep, zondag 3 juli 2011
|
|
2011 |
Erwtenman't Koor en 't Wilhelmus
Brabants Dagblad, donderdag 21 juli 2011
|
|
2011 |
RedactieMannenkoor heeft z'n LP te pakken
Brabants Dagblad, vrijdag 22 juli 2011
|
|
2012 |
Astrid Berkhout"Een koor met zo'n rijke historie mag niet verloren gaan"
Bossche Omroep, zondag 16 september 2012 | 22
|
Jouke Vis, Voor een talrijk publiek : Honderd jaar Koninklijk 's-Hertogenbosch Mannenkoor 1903-2003 (2003)
Aart Vos, 's-Hertogenbosch : De geschiedenis van een Brabantse stad 1629-1990 (1997) 261, 392-394